Vervelend gevoel, als je vingers jeuken om iemand eens goed op z’n plaats te zetten, maar je opvoeding je tegenhoudt. Als iemand met een domme Twitterreactie zo ernstig de plank misslaat dat honderdveertig tekens niet genoeg zijn om enig verschil te maken, of als je na een zwabberbetoog totaal van je à propos af bent. Voor mensen die zichzelf eigenlijk wel belangrijk vinden en graag veel praten, is onwetendheid verschrikkelijk.
Vorige week kwam het LAKS met het achterlijke idee om ‘genadezesjes’ in te zetten. Ik was niet echt verbaasd, want ik neem het LAKS -dat met het bovenstaande sowieso een grap bleek te maken- verder niet serieus. Ook hoef ik als UR-lid deze actie niet actief te veroordelen, aangezien de TU/e-gemeenschap slim genoeg is om het LAKS niet te vergelijken met échte studentvertegenwoordiging. Helaas kwamen er echter wat bulletpointjes langs waaruit bleek dat niet iedereen dit verschil doorhad.
Als universitaire medezeggenschap heb ik dit jaar nog geen kinderachtige actie van onszelf de hemel in kunnen prijzen, maar ik weet wel dat wij op meerdere vlakken (OER, BSA, Profileringsfonds en Mobiliteitsplan) met effect geniale input hebben kunnen leveren. Dat de UR niet goed is in zichzelf profileren, geef ik graag toe en daarom proberen we ook op allerlei manieren mensen de publiekstribune op te krijgen. Studenten die hier één keer hebben gezeten, kijken al meteen heel anders tegen medezeggenschap aan, wanneer ze persoonlijk ervaren met wat voor scherpte het debat met het College van Bestuur gevoerd wordt.
Onze campus is er gelukkig een met vele meningen. Maar wij leren onze studenten ook om met eigen ogen waar te nemen, zodat aanname omgezet kan worden in echte kennis. Twijfel je aan het nut van onze studentvertegenwoordiging, doe dan je eigen intellect een plezier en ervaar het. Zo kun je straks nóg een bulletpointje toevoegen aan je cv: ‘enige kennis van (medezeggenschaps)zaken’.